Mammoetbomen / Sequoia’s – reuzen van het plantenrijk

De mammoetboom, ook wel bekend als de reuzensequoia (Sequoiadendron giganteum), behoort tot de cipresfamilie (Cupressaceae) en is de zwaarste boomsoort ter wereld. Deze indrukwekkende reuzen komen van nature voor in Californië, waar ze groeien op de westelijke hellingen van de Sierra Nevada, op hoogtes tussen 1200 en 2400 meter. Vóór de ijstijden kwamen mammoetbomen veel voor op het noordelijk halfrond. In Europa zijn ze zelfs teruggevonden als fossielen in bruinkoollagen.

De grootste bekende mammoetboom is de General Sherman, te bewonderen in het Sequoia National Park in Californië. Deze boom is ruim 83 meter hoog en heeft een stamomtrek van maar liefst 31 meter aan de basis en 26 meter op borsthoogte. Men denkt dat hij uiteindelijk een hoogte van zo’n 95 meter en een omtrek van meer dan 34 meter kan bereiken.

Uiterlijk en eigenschappen

De kroon van de mammoetboom is smal en kegelvormig, met takken die aan de uiteinden iets naar voren buigen. De bast is dik, vezelig en roodbruin van kleur – zacht genoeg om in te duwen zonder je hand te bezeren. Naarmate de boom ouder wordt, wordt de bast donkerder en dieper gegroefd, met soms ver uitstekende richels.

De naalden zijn blauwgroen tot donkergroen en schubvormig, ongeveer 4 tot 7 millimeter lang. De kegels zijn bruin, eivormig en 5 tot 8 centimeter groot. Ze hangen aan lange steeltjes aan de hoofdtakken.

Dankzij de dikke schors en de hoge kruin zijn mammoetbomen verrassend goed bestand tegen bosbranden. Sterker nog: voor hun voortplanting is vuur essentieel. Pas bij voldoende hitte springen de kegels open en komen de zaden vrij. Helaas leidt modern bosbeheer, waarbij bosbranden snel geblust worden, ertoe dat er nog maar weinig jonge sequoia’s vanzelf opkomen. Hevige, langdurige branden kunnen op hun beurt juist wél schade toebrengen aan zelfs de oudste exemplaren.

Het hout van de mammoetboom is duurzaam, maar te zacht voor constructiewerk. Bovendien splinteren de bomen bij het vellen vaak zodanig dat het hout grotendeels onbruikbaar wordt.

Mammoetbomen in Europa

Sinds de tweede helft van de 19e eeuw worden mammoetbomen ook als sierboom aangeplant in Europa. Ze zijn hier echter veel kleiner dan hun Amerikaanse verwanten – simpelweg omdat ze nog relatief jong zijn én het klimaat hier minder geschikt is.

De dikste mammoetboom in België staat in Esneux (Wallonië) en heeft een stamomtrek van 8,9 meter (gemeten op 1,5 meter hoogte). In Nederland vind je de dikste exemplaren in de gemeente Brummen (Gelderland), met een omtrek van meer dan 8 meter.

Om net zo groot te worden als in Amerika zijn duizenden jaren nodig. De oudste mammoetboom ter wereld is naar schatting 3200 jaar oud, bepaald op basis van jaarringenonderzoek. In ZOO Antwerpen is een indrukwekkende schijf van een oude sequoia te zien. De jaarringen zijn gemarkeerd met historische gebeurtenissen, zoals de Slag bij de Gulden Sporen en de ontdekking van Amerika door Columbus, wat goed laat zien hoe oud deze bomen werkelijk kunnen worden.

Sequoia’s in Park Rusthoff

Ook in Park Rusthoff zijn mammoetbomen te vinden. Het zijn naaldbomen die het hele jaar door groen blijven en kegels dragen. Hoewel ze hier nooit zo hoog zullen worden als in Amerika – mede door de zeewind – blijven het fascinerende bomen. Ze dragen niet alleen bij aan de biodiversiteit van het park, maar ook aan het gevoel van verwondering dat ze bij veel bezoekers oproepen.